Bas de Koning
De factor X
De factor X
Ex-vriendin van Tricky maakt eigen plaat met bekend geluid
Martina groot
Martina Topley Bird
Quixotic
(Independiente)
Ongeveer acht jaar na het baanbrekende triphop-album Maxinquaye van Tricky is hier het debuut van de zangeres die een duidelijke stempel wist te drukken op die plaat. Martina Topley Bird was op de volgende cd's van Tricky nog aanwezig, maar moest haar rol als leadzangeres steeds meer afstaan aan prominente gastvocalisten. Zo zongen Björk, Neneh Cherry en Alison Moyet op Nearly God, was PJ Harvey van de partij op Angels With Dirty Faces en leenden Cindy Lauper en Alanis Morissette hun stemmen voor Blowback. Kortom, het werd tijd voor Martina om haar eigen weg in te slaan. Vanaf het eerste nummer van Quixotic is het duidelijk: waar Tricky volledig nieuwe wegen is ingeslagen en duistere elektronica combineert met hiphop en punk, maakt zijn ex-vriendin een Maxinquaye deel twee. Kan dat nog wel na zo’n lange tijd? Is het lome triphop-geluid, wat anno 1995 zo'n indruk maakte, niet volledig achterhaald? Ondanks alle twijfel is op Quixotic de mysterieuze factor aanwezig, die de vroege muziek van Tricky zo onweerstaanbaar maakte. De grootmeester achter de knoppen is verdwenen, maar Martina krijgt hulp van niemand minder als David Arnold, David Holmes en rockers Queens Of The Stone Age. En deze heren weten het Tricky-geluid bijzonder goed na te maken. Queens Of The Stone Age komen met hun stevige rockgeluid aardig in de buurt van 'Black steel', de harde Public Enemy-cover die een van de hoogtepunten op Maxinquaye was. En de mannenstem op ‘Ragga’ klinkt zelfs verdacht veel als Tricky zelf. Quixotic is pure herhaling, het opnieuw uitvinden van het wiel, het plagiëren van je eigen geluid. Maar omdat Martina Topley Bird al een tijd niks van zich heeft laten horen, en omdat Quixotic zo’n vreselijk lekkere plaat is, wil ik haar dit alles maar al te graag vergeven. (Bas de Koning)