tekst: Arnold Heikamp / beeld: Finn Stapelkamp
Zoenen van de juffrouw
de_bonte_was_125x125.jpg
Er zijn weinig dingen zo fijn als ziek zijn, mits de ziekte zich aan een aantal voorwaarden onderwerpt. Zo is een dodelijke afloop niet gewenst. Bedlegerigheid is ook taboe, de zieke moet zich vrij door het huis kunnen bewegen. Want gewerkt wordt er uiteraard niet. Een lichte griep, dat is het beste. Helemaal mooi is het, als die griep niet gepaard gaat met bonkend hoofd en onophoudelijk vloeiende snotstromen.
En Bonte won deze week de hoofdprijs!
De gehele zondag ging op aan zinloos tv-kijken. Er werd geschaatst in Heerenveen. Een wedstrijd waarvan het belang mij volledig ontging. Maar gelukkig was er een wedstrijd in de wedstrijd. Want wie mag voor Nederland naar het WK allround, Rimme Ritsma of Gianni Rontje? Het kon me werkelijk geen bal schelen.
Zo'n schaatswedstrijd waarin uitgemaakt wordt wie ergens naar toe mag, noemen ze een fuck off, dat heb ik dan in elk geval nog geleerd.
Om 14.00 uur begon het WK Veldrijden. Dat speelde zich allemaal af in Tsjechiëland. Mooie beelden van grauwe woonkazernes waren dus verzekerd. Jean Nelissen mompelde op karakteristieke wijze de plaatjes vol. Er deden meer renners mee dan ik verwacht had, maar de meesten zagen wij na het startschot gelukkig niet meer terug.
Veldrijden, u weet wat dat is? Het woord zegt het al: wielrennen, doch niet op asfalt of kasseien, maar door bos en beemd. Alsof dat nog niet onzinnig genoeg is, zijn er hindernissen in de vorm van balken, plassen water en klimtrappen aan het parcours toegevoegd.
Het sneeuwde lichtjes in Tsjechiëland. Er reden zeven renners op kop. Daar zat ook een Nederlander bij, dus het was heel spannend. Richard Groenendaal heette hij, en vorig jaar was hij Wereldkampioen geworden in 'zijn eigen achtertuin', volgens Jean Nelissen. Ja, zo kan ik het ook.
Braaf reden zij hun rondjes. Nelissen mompelde voort. Er was niks aan. En toen was Richard Groenendaal opeens verdwenen. Aanvankelijk had niemand het door. De koers sudderde gewoon verder. Ook Jean Nelissen wist van niks. Zonder enige aanleiding reed Groenendaal opeens op minuten achterstand. Was hij gevallen? Tegen een boom gebotst? Bijna verdronken in een plas? Ik heb altijd gedacht dat die meerijdende camera's bedoeld zijn om in beeld te brengen wat er in zo'n kopgroep allemaal plaatsgrijpt. Ogenschijnlijk heb ik dat verkeerd gedacht. Jean Nelissen werd er overigens niet heet of koud van, dus zo erg zal het wel niet geweest zijn.
De kopgroep dunde uiteindelijk steeds verder uit, totdat er nog maar twee renners over waren die kans maakten op de overwinning. Een van die twee was een Tsjech, en ik zag het lijk al drijven. Een duivelse Belgiër echter stak een staak in het wiel van de Tsjech, en ging met de zoenen van de juffrouw aan de haal. Gelukkig maar, want ik word er ziek van als organiserende landen ook de kampioen leveren.

Deze column verscheen eerder in Prime Time