Marcel Ruijter
Omleggen of omgelegd worden
Omleggen of omgelegd worden
Maffiaverhaal in elegante stripvorm
5 is het perfecte getal groot
Igort
5 is het perfecte getal
(Oog & Blik, 19,50 euro)
Peppino is een Napolitaanse maffia-hitman op leeftijd, een uitgebluste man die treurt om zijn overleden echtgenote. Totdat zijn zoon - eveneens in het vak - in een hinderlaag wordt gelokt en Peppino zelf maar ternauwernood aan een koppel huurdoders weet te ontkomen. Zijn overlevingsinstinct ontwaakt en hij kiest de vlucht naar voren. Peppino schiet zijn voormalige capo dood en wordt samen met zijn oude gabber Salvatore een desperado.
‘Vijf is het perfecte getal. Twee armen, twee benen en dit gezicht.’ Deze curieuze mantra speelt de held van deze ambiteuze striproman vanaf dan door het hoofd. Het was de onafhankelijksverklaring van een neef die als enige in zijn familie de kant van de wet koos. Het betekende dat zijn geest vrij was, omdat hij het risico van een ontijdige dood had geaccepteerd. Het is omleggen of omgelegd worden. Dat gaat de ontketende Peppino wonderwel af, maar wanneer de moordenaar van zijn zoon in zijn macht is, verliest zijn wraak alle betekenis.
Vijf is het perfecte getal van Igort (pseudoniem van Igor Tuveri) is een visueel aantrekkelijke strip. Het eerste dat opvalt, is de gedurfde, elegante lay-out, met invloeden van Chris Ware, José Munoz en Lorenzo Mattotti. Die vormgeving sluit perfect aan op het Italiaanse gevoel voor decorum dat we uit maffiafilms kennen. De tekenaar moet een groot liefhebber zijn van psychologische gangsterfilms zoals die van Melville, aan wie het boek mede is opgedragen. Het verhaal is rustig verteld, met veel ruimte voor droomsccnes en visioenen van het katholieke soort (wat dacht u anders?), weergegeven in uitgebalanceerde composities. Het tekenwerk maakt indruk zonder op schreeuwerige trucs te leunen.
Igort is al sinds het begin van de jaren tachtig als tekenaar actief. Nu pas verschijnt er een album van hem in het Nederlands, maar het is al meteen een van de beste boeken van 2003. (Marcel Ruijters)