Arnold Heikamp
Zijdeur I
logo zijdeur 125x80 temporay
I.
In 1982 verscheen de eerste lp van de Initials, een kwartet jonge kerels uit Houston, Texas. Ik kwam de plaat destijds tegen in de bak "PUNK" van een verder niet ter zake doende platenwinkel. Het wemelde in die bak van hardrockplaten. De directie van de winkel in kwestie leefde waarschijnlijk in de veronderstelling dat alle 'harde' muziek tot de categorie punk gerekend diende te worden.
Het was in elk geval een heel geblader door die bak voordat je iets vond dat wellicht de moeite waard was. Meestal bevond er zich in die bak helemaal niets dat de moeite waard was. Dan droop je maar weer af. Een enkele keer echter kwam je iets tegen dat er veelbelovend uitzag.
Zoals de eerste lp van de Initials.
Hoe die platenboer ooit aan deze plaat gekomen is, is mij nog steeds een raadsel. Dat hij hem bewust ingekocht heeft kan ik mij namelijk niet voorstellen. Hoe dan ook, hij stond er, en ik viste hem uit de bak. De hoes zag er goed uit. De vier Initials (met leren jekkies aan natuurlijk) in een soort plantsoen, vol onbegrip kijkend naar een hoogbejaard echtpaar, dat op een bankje zit. De vrouw is overduidelijk bezig een joint te construeren, terwijl de man een blik bier aan zijn lippen heeft. The other way around heet de plaat dan ook.
Bijna twintig jaar later vind ik die plaat terug. Hoe zat het ook al weer met de Initials? Destijds was het een knaller, maar knallers van toen willen later nog wel eens als zeepbellen uiteen spatten.
Eén voordeel hadden de Texanen ten opzichte van veel van hun punke tijdgenoten: van hardcore was geen sprake. De Initials schreven echte liedjes, die zij snel en messcherp uit hun instrumenten sloegen. En de zanger zong ook echt. Dat is dus allemaal mooi meegenomen.
Echter: kan The other way around de huidige luisteraar nog vertwijfeld naar adem doen happen, zoals bijvoorbeeld de ongeveer even oude platen van de Angry Samoans nog steeds moeiteloos klaarspelen?
Dat zou mooi wezen. Helaas steekt deze wereld niet zo in elkaar.
En het begint allemaal zo fraai. De eerste drie nummers knallen er nog ongeneerd op los, met ultraruige rammelgitaren en koortjes die zo aanstekelijk zijn dat ik passerende voetgangers buiten op straat halt zag houden om mee te brullen, toen ik afgelopen zondagmiddag de plaat met hoog volume draaide. Zelf hing ik aan de lamp te zwaaien na anderhalf nummer. Totdat het vierde lied begon. Toen liepen de mooiweerwandelaars snel door en knapte het snoer van de lamp.
O ja, dat was ook zo: er stond een aantal flink beroerde ballads op die plaat. Van die Scorpions- en Foreignerballads. Het vijfde nummer consolideerde de danig verworden stemming moeiteloos. Een draak. En op kant twee kwamen er nog drie langs, op zich keurig om en om met zeer genietbare punkrockroffels, waaraan de echte kraak en smaak die het openingstrio kenmerkte echter ontbrak.
Vandaar: acht punten, waarbij de aantekening dat er een extra punt is uitgereikt voor het grandioze begin van deze plaat. In de Zijdeur Jukebox dan ook drie nummers: "There's Nothing Else To Say", "Sufferin' City" en "The Girl Across The Street". (ah)

zijdeur@planet.nl