(Ninja Tune / PIAS)
De wildgroei aan electronische muziek gaat ook in Engeland onvermoeibaar
door. Grasscut is een nieuwe loot aan de boom. Lokatie: de populaire
badplaats Brighton. Andrew Phillips en Marcus o'Dair noemen hun muziek
experimentele electronica. Dat klink moeilijk, maar dat valt reuze mee, of
tegen zo u wilt. Dit debuutalbum staat vol smaakvolle knip-en-plaktracks en
is ook prettig afwisselend, maar toch denk je na afloop: iets dergelijks
heb ik toch al heel wat keren gehoord (als u het genre een beetje volgt
tenminste). De samples van cassetterecorderstemmetjes, verknipte piano's en
strijkers over springerige beats. Ook de in de folktronicahoek veel
gebruikte combinatie van akoestische instrumenten en computergeluid klinkt
vertrouwd. Grasscut is daarmee even Brits als een kopje Earl Grey met melk.
Opener High Down begint met een aarzelend pianomotiefje, maar barst
al snel los met een Grandaddy-achtig scheursynthesizer. Met de dynamiek zit
het in ieder geval wel goed.
Grasscut maakt veel gebruik van het contrast tussen krakerige oude opnames van zingende en pratende mensen versus electronica. Dit effect komt in heel wat nummers langs en had een uitstekend album op kunnen leveren, als ze het daar maar bij hadden gelaten. Zodra ze zélf gaan zingen zet de verveling acuut in want wat een duffe expressieloze zangpartijen! Menig Brits popbandje heeft er patent op, van die boterzachte vocalen. Vergelijkingen met James Yuill en Tunng dringt zich op. Het is natuurlijk een kwestie van smaak; fans genoeg die dit dromerig en (bij gebrek aan een beter woord) gevoelig noemen. 1946 is wel weer een intrigerende track: een oudere vrouw vertelt over het leven in na-oorlogs Engeland met een fijne subtiele soundscape erachter. Passing heeft een pittige groove die aan Prefuse 73 doet denken. Het had een heel mooi nummer kunnen zijn, maar ook hier gooit zuchtzang weer roet in de microfoon. Afsluiter In her pride is om een oude opname van een folktraditional heen gecomponeerd. Grasscut laat zien hoe moeilijk het anno 2010 is om nog echt vernieuwend te zijn in dit genre. Experimenteel kun je 1 inch / ½ mile dan ook niet noemen: het sluit immers aan bij een traditie. Maar een smaakvol stukje vakwerk is het wel. Geen slechte plaat dus, maar de eindejaarslijstjes zullen ze hier vermoedelijk niet mee halen.
Grasscut maakt veel gebruik van het contrast tussen krakerige oude opnames van zingende en pratende mensen versus electronica. Dit effect komt in heel wat nummers langs en had een uitstekend album op kunnen leveren, als ze het daar maar bij hadden gelaten. Zodra ze zélf gaan zingen zet de verveling acuut in want wat een duffe expressieloze zangpartijen! Menig Brits popbandje heeft er patent op, van die boterzachte vocalen. Vergelijkingen met James Yuill en Tunng dringt zich op. Het is natuurlijk een kwestie van smaak; fans genoeg die dit dromerig en (bij gebrek aan een beter woord) gevoelig noemen. 1946 is wel weer een intrigerende track: een oudere vrouw vertelt over het leven in na-oorlogs Engeland met een fijne subtiele soundscape erachter. Passing heeft een pittige groove die aan Prefuse 73 doet denken. Het had een heel mooi nummer kunnen zijn, maar ook hier gooit zuchtzang weer roet in de microfoon. Afsluiter In her pride is om een oude opname van een folktraditional heen gecomponeerd. Grasscut laat zien hoe moeilijk het anno 2010 is om nog echt vernieuwend te zijn in dit genre. Experimenteel kun je 1 inch / ½ mile dan ook niet noemen: het sluit immers aan bij een traditie. Maar een smaakvol stukje vakwerk is het wel. Geen slechte plaat dus, maar de eindejaarslijstjes zullen ze hier vermoedelijk niet mee halen.