(Constellation / De Konkurrent)
Carla Buzolich is al ruim 30 jaar actief, eerst in The Geraldine Fibbers,
later met de groep Evangelista en nu onder eigen naam. De Amerikaanse
raakte begin jaren 80 verzeild in de experimentele hoek van de punk. Dat ze
heftig geleefd heeft is evident, de sporen zijn overal aanwezig, vooral in
haar rauwe diep melancholieke voordracht. Ze gromt en mompelt als een Patti
Smith die ergens op het verkeerde pad is geraakt. Ook Thalia Zedek (van
Come) mag ze tot haar muzikale zusters rekenen. Zoeken naar schoonheid in
de lelijkheid, dat lukt bijzonder aardig. Buzolich is altijd de rafelranden
van het art-rockgenre blijven zoeken, waar ze o.a. geestverwanten Sonic
Youth, Marc Ribot, Mike Watt en Nels Cline ontmoette en daar vervolgens mee
samenwerkte. Hoe ver kun je een compositie afbreken tot het geen muziek
meer is? Wat is nog zingen en wat niet? Die vragen leverden spannende en
unieke muziek op, maar niet altijd een even prettige luisterervaring.
Ze schreef voor Boy niet alleen de nummers, maar speelde bijna alle instrumenten zelf in: gitaar, bas, toetsen, samples en loops. Ook het artwork nam ze voor haar rekening. De plaat doet wel wat denken aan de Nick Cave van halverwege de jaren 80. Zelf noemt ze Boy haar pop-plaat. Relatief mag dat misschien zo zijn, makkelijke muziek is het nog steeds niet. De liedjes zijn wel duidelijker van opzet, met kop en staart. De dreigende en donkere sfeer zit in haar botten dus is ook Boy daarvan doordrenkt. Jazzy drums, spannende breaks en contrasten tussen subtiel en explosief houden de aandacht lang vast. Je komt zowel industrieel gebeuk tegen als gefluister. Het is een zeer geslaagde plaat geworden, al moet je wel van zwaar op de hand houden om het te kunnen waarderen. In de Soundcloud zijn twee nummers te horen: Lazy Crossbones en Deeper Than The Well.
Ze schreef voor Boy niet alleen de nummers, maar speelde bijna alle instrumenten zelf in: gitaar, bas, toetsen, samples en loops. Ook het artwork nam ze voor haar rekening. De plaat doet wel wat denken aan de Nick Cave van halverwege de jaren 80. Zelf noemt ze Boy haar pop-plaat. Relatief mag dat misschien zo zijn, makkelijke muziek is het nog steeds niet. De liedjes zijn wel duidelijker van opzet, met kop en staart. De dreigende en donkere sfeer zit in haar botten dus is ook Boy daarvan doordrenkt. Jazzy drums, spannende breaks en contrasten tussen subtiel en explosief houden de aandacht lang vast. Je komt zowel industrieel gebeuk tegen als gefluister. Het is een zeer geslaagde plaat geworden, al moet je wel van zwaar op de hand houden om het te kunnen waarderen. In de Soundcloud zijn twee nummers te horen: Lazy Crossbones en Deeper Than The Well.