*****
Podium Grounds, Rotterdam (zaterdag 22 oktober)
Zanger Han Buhrs bracht in 2006 vier ervaren muzikanten bij elkaar uit verschillende windstreken. Gitarist René van Barneveld speelde eerder in de rock-rapgroep Urban Dance Squad. Luc Ex was tot 2002 zo’n twintig jaar bassist geweest van The Ex. De Bulgaarse Tatiana Koleva komt uit de modern klassieke hoek en speelt hier vibrafoon en slagwerk. Een opmerkelijke combinatie als deze wil je na erover gelezen te hebben liefst meteen live horen. Zou Rubatong klinken als de som der delen: rock plus jazz, blues en modern gecomponeerd, gebracht met een geëngageerde punk-attitude? Of toch heel anders? Gelukkig kon zaterdag al de proef op de som worden genomen.

Podium Grounds adverteert met een ludiek commentaar op het veelbesproken Rotterdamse live-circuit: ’Watt, maar dan open. Dunya, maar dan droog’. Een podium voor wereldmuziek is niet de plek waar je zo’n experimentele act zou verwachten. Toch kwam Rubatong in deze kleine Delfshavense club de nieuwe cd aanprijzen. Het publiek van voornamelijk veertig-plussers werd getrakteerd op een vlammende set met uitstekend geluid.

De verschillende achtergronden binnen Rubatong springen natuurlijk het meest in het oog, maar dit aspect verdween al snel naar de achtergrond. Want niet de verschillen, maar wat de muzikanten gemeen hebben is waar Rubatong om draait. Allemaal hebben ze een goedgevulde rugzak om uit te putten. Han Buhrs is een vocalist die zich niet beperkt tot één genre: hij doet aan jazz, rock, wereldmuziek en improvisatie of een combinatie daarvan. Hij zoekt de grenzen op van wat nog zingen is (soms aangevuld met loops en effecten). Koleva is docent bij het Codarts Conservatorium en heeft over de hele wereld met talloze groepen en orkesten gespeeld, waaronder De Volharding, het Asko-Schönberg, Concertgebouworkest, theatergroep Hollandia en Orkater. Luc Ex speelde ook met Four Walls geïmproviseerde muziek en heeft de beperkingen van punk allang achter zich gelaten. Hij gooit zijn hele fysiek in het trekken aan die akoestische bassnaren. De wat introverte René van Barneveld kan zo’n beetje alles uit zijn telecaster halen wat hij maar wil en de klassiek geschoolde precisie van Koleva houdt ten slotte alles bij elkaar. Het hechte samenspel van deze flexibele geesten is puur genieten.

Han Buhrs bespeelt zijn publiek als een charismatisch acteur. Zijn rauwe stem is de ene keer fluisterend, poëtisch, dan weer samengebald in een explosieve rant. “He had a severe case of winter in his head” werd voelbaar gemaakt door een noise-uitbarsting. Amerikaans Engels ligt hem het beste. Daarin kan hij grommen, krijsen en mompelen als het neefje van Tom Waits. Af en toe is er een uitstapje naar Duits en Frans, maar de directheid van het Nederlands maakt toch het meeste indruk. De beginzin “Is er iets? Wat is er?” leverde een van de mooiste momenten van de avond op. Ook een tekst bestaande uit bijna alleen maar woorden met een F was een fijn staaltje jazzpoëzie vol humor en dagelijkse ergernissen van de fatale fiscus tot frutselende filatelisten.

Het enige minpunt was de dronken dj, die tussen de nummers door hinderlijk de aandacht trok. Na een modern gecomponeerd stuk met Koleva’s vibrafoon in de hoofdrol, leverde de opmerking “Nou, dat was wel erg vreemd hoor!” een wat genant moment op. Maar een professional laat zich daar natuurlijk niet door afleiden. Buhrs introduceerde het volgende stuk met “Daar gaan we nu wat aan doen”, gevolgd door een bluesy nummer dat rockte als een gek. Hopelijk gaat Grounds vaker acts boeken die te experimenteel zijn voor Rotown en te rock-achtig voor Worm. Luister U-Turns op YouTube.