(Doomtown Records)
Oprechte jongemannen die vol overgave hun longen uit hun lijf schreeuwen
over eenzaamheid, onbegrip en, vooral, meisjes. ‘Melodieuze
hardcore’ heet dat. Het is muziek voor wie zich aangetrokken voelt
tot de intensiteit van hardcore maar niets moet hebben van het in dat genre
gebruikelijke toonloze gestamp. Melodieuze hardcore ontstond in de jaren
tachtig toen bands als Dag Nasty en All de tot dan toe voor hardcore
verplichte politieke onderwerpen inruilden voor bespiegelingen over hun
eigen (kleine) leed. Het resultaat was een handvol platen vol energieke
meebrulmuziek die, om eerlijk te zijn, de tand des tijds meestal niet erg
goed heeft doorstaan. Wat ook niet helpt is dat het genre in de jaren
negentig werd opgepikt door bands die zowel tekstueel als muzikaal zo
weinig te melden hadden dat het ontaardde in de tegenwoordig nogal
verfoeide ‘skate punk’.
Gelukkig is er sinds kort het uit de Spaanse kraakscene afkomstige gezelschap Warsong. Dat maakt ook melodieuze hardcore waarop het goed meebrullen en de vuistjes in de lucht heffen is, maar doet dat dan wel met een emotionele diepgang waarnaar het in de meeste doelgroepenmuziek voor skatertjes vrij ver zoeken is. Niet alleen weet de zanger een tamelijk overtuigende snik in zijn, overigens vrij dunne, stem te leggen. Ook hebben de drums, bas en gitaarpartijen meer te melden dan het in de hardcore gebruikelijke klinische en afgemeten spierballenvertoon. Warsong laat blijken goed te hebben begrepen hoe je een gitaarriff schrijft die de luisteraar naar de strot grijpt. Een kniesoor merkt op dat ze flink leentjebuur spelen bij Hüsker Dü en The Wipers, maar omdat ze spelen met een overtuiging alsof ze het allemaal, eerlijk waar, echt helemaal zelf hebben bedacht maakt dat eigenlijk helemaal niets uit. Bij dit soort muziek is het immers de intentie en de intensiteit die telt en daarmee zit het bij Warsong wel goed. De vijf nummers zijn hier te horen.
Gelukkig is er sinds kort het uit de Spaanse kraakscene afkomstige gezelschap Warsong. Dat maakt ook melodieuze hardcore waarop het goed meebrullen en de vuistjes in de lucht heffen is, maar doet dat dan wel met een emotionele diepgang waarnaar het in de meeste doelgroepenmuziek voor skatertjes vrij ver zoeken is. Niet alleen weet de zanger een tamelijk overtuigende snik in zijn, overigens vrij dunne, stem te leggen. Ook hebben de drums, bas en gitaarpartijen meer te melden dan het in de hardcore gebruikelijke klinische en afgemeten spierballenvertoon. Warsong laat blijken goed te hebben begrepen hoe je een gitaarriff schrijft die de luisteraar naar de strot grijpt. Een kniesoor merkt op dat ze flink leentjebuur spelen bij Hüsker Dü en The Wipers, maar omdat ze spelen met een overtuiging alsof ze het allemaal, eerlijk waar, echt helemaal zelf hebben bedacht maakt dat eigenlijk helemaal niets uit. Bij dit soort muziek is het immers de intentie en de intensiteit die telt en daarmee zit het bij Warsong wel goed. De vijf nummers zijn hier te horen.
Reacties
Nog geen reacties.
Reactie toevoegen