Tonio van Vugt
De kotsfactor op het IFFR
Nergens wordt er zoveel en zovaak gekotst als tijdens het IFFR, is onze ervaring. Op het witte doek dan, wel te verstaan (al weten we natuurlijk niet precies wat er op de toiletten van de Schouwburg of Calypso of De Doelen gebeurt).
Natuurlijk wordt er in veel films gekotst (en tegenwoordig steeds en steeds meer): door dronken personages, of door jonge, nog niet afgestompte agenten wanneer ze een bloederig lijk zien, of door een combinatie van beide, enzovoort. Dat kan uiteraard fraaie strotvloeden opleveren, maar in de films op het IFFR wordt er niet zelden vele malen creatiever omgegaan met deze wellicht onpasselijk makende, doch o zo menselijke lichaamsfunctie.
Nog vers in ons geheugen ligt het Noorse meesterwerk ‘Junk Mail’ uit 1997 van Pål Sletaune, over een stalkende, alle regels overtredende postbode die het ook niet zo nauw neemt met zaken als hygiëne. Zo kan het gebeuren dat hij na een monumentale kotspartij zeker eenderde van de film met een plak spagetthi op zijn revers rondloopt. Van die dingen, mensen, van die dingen. En dan hebben we natuurlijk de superieure schlockmeister Miike Takashi, in wiens uitgebreide oeuvre elke lichaamsopening, waar mogelijkerwijs lichaamssappen uit (of in) kunnen stromen, met perverse precisie in beeld wordt gebracht. Dus ook, inderdaad ja. En ze bevatten misschien niet de meest monumentale kotsscènes ooit, maar ze waren wel allemaal ooit tijdens het IFFR te zien: ‘Memento’, ‘Clueless’, ‘Requiem For A Dream’, ‘Ginger Snaps’, en talloze andere films waarvan ik de naam vergeten ben (had ik het destijds maar beter bijgehouden).
Het is waarschijnlijk de enorme hoevéélheid films die er tijdens dit festival langskomt, waardoor het lijkt alsof er op meer gekotst wordt dan elders. Of toch niet?
Vanaf nu ga ik het aantal kotsscènes in een film turven, onderwijl punten toekennend aan de creativiteit en inventiviteit van de spuitbui. Kwantiteit, kwaliteit en hevigheid zullen op die manier de kotsfactor in een film bepalen.

En natuurljk zijn we ernstig benieuwd: wat is -niet per se tijdens het IFFR- uw mooiste filmische kotservaring? (En kom nu niet allemaal met ‘The Exorcist’ aanzetten, want een beetje originaliteit mag best.)
*****
Miranda July
23-01-2006 22:00 Lantaren 1
Suburbia Americana: regisseuse July speelt één van de hoofdrollen in een relatieschets met een draai. Het verhaal betreft natuurlijk de Zoekende Mensch, Zoekend naar Liefde en Aanhankelijkheid. En wat er daarbij fout kan gaan. Of goed. Sommige scènes zijn bijzonder grappig, sommige rollen bijzonder helder en grappig uitgetekend. Toch komt de film traag op gang, en wordt aan het eind de kleine Robbie gekozen tot een exemplaar van American Beauty. Dat had Sam Mendes in zijn American Beauty nou juist tot centraal thema gekozen, hier blijft het toch een beetje zoeken naar dat centrale thema. Jammer, want de rest is af en toe erg goed.

Za 28-1 13:00 Pathé 1, Zo 29/1 10:45 Pathé 3, Wo 1/2 20:00 Doelen JZ