Het ligt voor de hand om neerbuigend te doen over het bronmateriaal van GI Joe: een tekenfilmserie die werd gemaakt om een speelgoedlijn van actiefiguurtjes en accessoires aan kinderen te verkopen. Films met een soortgelijke oorsprong leveren immers, zelfs voor popcornfilms, vooral laagwaardig hersenloos vermaak op. Films zonder noemenswaardig plot met personages die slechts dienen als visueel behang. De Transformer-reeks bewees recent nog hoe laag het medium cinema kan zinken. Ik had mijn portie na het overbodige eerste deel al gehad.
De recensies van Transformers 2 waren zo zuur dat filmmaatschappij Paramount bij het uitbrengen van GI Joe: Rise of the Cobra besloot om alleen een selecte groep journalisten, die schrijven voor positief ingestelde blogs en filmwebsites, uit te nodigen. De rest van de Amerikaanse filmjournalistiek krijgt de film pas te zien na de première. Paramount wil op die manier voorkomen dat negatieve recensies het bioscooppubliek zou ontmoedigen de film te gaan kijken. Ondanks de slechte recensies dook het publiek massaal de bioscoop in om Transformers: Rise of the Fallen te gaan zien. Vice-voorzitter Rob Moore van Paramount Pictures liet via filmblad Variety weten dat hij wil dat ‘het publiek de film definieert’, in plaats van de filmpers. Natuurlijk is deze actie van Paramount ook een prima manier van publiciteit genereren, al is hiermee wel een vreemde precedent geschapen waarvan de consequenties voor de filmkritiek nog niet te overzien zijn.
Terug naar GI Joe: The Rise of Cobra. Het maakt niet uit dat het bronmateriaal een simpele tekenfilmserie is die draait om een militair eliteteam dat de strijd aan gaat met een terreurorganisatie die uit is op wereldheerschappij, want in principe moet een goede regisseur van ieder onderwerp een boeiende film kunnen maken. We weten immers allemaal dat het verhaal over de midlifecrisis van Lester Burham (Kevin Spacey) in American Beauty bijzaak was en dat de film werkelijk draaide om het plastic zakje dat danste in de wind. En was het vermakelijke, zo niet geniale Mars Attacks van Tim Burton niet gebaseerd op een serie kauwgomplaatjes?
Goedbedoelde Soap
Stephen Sommers (regisseur van The Mummy en Van Helsing)
heeft dan ook duidelijk zijn best gedaan met GI Joe. In
tegenstelling tot collega Michael Bay neemt hij het bronmateriaal serieus
genoeg en probeert tussen de actiesequenties door de hoofdpersonages enige
achtergrond te geven. Via flashbacks krijgen we te zien wat hun motivatie
is. Ook houden regisseur en scenaristen de conflicten tussen de personages
zoveel mogelijk op het persoonlijke vlak: Ana (Sienna Miller), de
verraderlijke schoonheid aan de kant van schurk McCullen, heeft een
persoonlijke vete uit te vechten met soldaat en ex-vriendje Duke (Channing
Tatum). Duke slaagde er namelijk niet in om ondanks zijn belofte Ana's
broertje heelhuids van het front thuis te brengen. Dat de Schotse
wapenhandelaar McCullen (een verrassende over-de-top rol van Christopher
Eccleston die eerder Doctor Who nieuw leven in blies) Frankrijk kiest als
doelwit voor een revolutionaire bom heeft alles te maken met wat dit land
zijn voorouders heeft aangedaan. En zelfs de zwijgzame ninja Snake Eyes
heeft een persoonlijke vete te bevechten. Dat de persoonlijke
beslommeringen de gemiddelde soapaflevering niet overstijgen en verder niet
veel om het lijf hebben, doet er niet toe. Centraal staan immers de
special effects en actiescènes. Ook op dat vlak scoort de film
redelijk.
Team America
De actiesequentie in het midden van de film, waarin de Joe's proberen te
verijdelen dat Cobra Parijs met de grond gelijkmaakt, zit bijvoorbeeld
vakkundig in elkaar. Al doet het geheel wel denken aan de film Team
America, waarmee South Park-bedenkers Trey Parker en Matt Stone
het Amerikaans militairimperialisme op de hak namen en waarin menig
nationaal symbool tegen de vlakte ging. In beide films haalt de Eiffeltoren
de eindcredits niet. In wezen ging met het hilarische Team America
(2004) de parodie van GI Joe de film van Sommers ruim voor.
Hoewel de parodie veel leuker is dan GI Joe zelf, scoort GI Joe: The Rise of Cobra binnen het genre van onzinnige filmadaptaties, mede door de lage verwachtingen die gelijksoortige films als Transformers geschapen hebben, dus helemaal zo slecht nog niet. Toch knap als je je beseft dat deze infantiele video de inspiratiebron is van de film:
GI Joe: The Rise of Cobra draait vanaf 13 augustus in de bioscoop.