David Wnendt
			 
		
		
		In 2008 publiceerde de Duitse Charlotte Roche haar debuut
		Feuchtgebiete. Het boek gaat over Helen, een jonge vrouw zonder
		slet- of smetvrees: haar onbekommerde houding ten opzichte van persoonlijke
		hygiëne zal veel mensen de rillingen over de rug zal doen lopen. Helen
		belandt door een anale scheerblessure in het ziekenhuis, leert daar een
		leuke verpleger kennen, en probeert en passant haar gescheiden ouders (hij
		geflipt, zij geschift) weer een beetje bij elkaar te brengen. Flashbacks
		naar de periode vlak voor de ziekenhuisopname en naar haar jonge jaren
		laten zien hoe het allemaal zover gekomen is. Het boek is nu verfilmd door
		de in Nederland nog onbekende regisseur David Wnendt.
		
Boek en film worden uit feministische hoek wel verweten dat de seksueel vrijgevochten Helen in de hoek wordt gezet als een product van jeugdtrauma’s - een gekwetst meisje dat eigenlijk niets liever wil dan dat haar ouders weer bij elkaar komen. Maar door deze feministische focus wordt soms voorbijgegaan aan iets wat eigenlijk veel meer aandacht verdient: Roches opmerkelijke en verfrissende visie op lijflucht, ontlasting en lichaamsbeharing. Een visie die bepaald niet strookt met het in de media overheersende vrouwbeeld van okselfrisse wezens met zijdezachte huid en haar en een gelaserd kinderkutje.
Die visie zit ook in de film, maar het verschil tussen boek en film zit in de benadering ervan. Waar het boek een bizar verhaal met grappige twists vertelt, probeert de film vooral grappig te zijn door al die bizarre schweinereien plat en expliciet in beeld te brengen. Het eerste halfuur is dat leuk, maar daarna is het venijn eruit en worden personages en verwikkelingen tot karikaturen zoals je ze in iedere komedie tegenkomt. En onder die omstandigheden is het verhaal niet sterk genoeg om tot het eind te blijven boeien. Dat laatste geldt overigens ook voor hoofdrolspeelster Carla Juri, een te fris en fruitig heidimeisje dat met een skateboard en een afgeknipte spijkerbroek nog wat streetcred krijgt aangemeten. Voor haar geldt eigenlijk wat voor de hele film geldt: quasikinky.
		
Feuchtgebiete draait vanaf vandaag in de Nederlandse bioscopen
		
	Boek en film worden uit feministische hoek wel verweten dat de seksueel vrijgevochten Helen in de hoek wordt gezet als een product van jeugdtrauma’s - een gekwetst meisje dat eigenlijk niets liever wil dan dat haar ouders weer bij elkaar komen. Maar door deze feministische focus wordt soms voorbijgegaan aan iets wat eigenlijk veel meer aandacht verdient: Roches opmerkelijke en verfrissende visie op lijflucht, ontlasting en lichaamsbeharing. Een visie die bepaald niet strookt met het in de media overheersende vrouwbeeld van okselfrisse wezens met zijdezachte huid en haar en een gelaserd kinderkutje.
Die visie zit ook in de film, maar het verschil tussen boek en film zit in de benadering ervan. Waar het boek een bizar verhaal met grappige twists vertelt, probeert de film vooral grappig te zijn door al die bizarre schweinereien plat en expliciet in beeld te brengen. Het eerste halfuur is dat leuk, maar daarna is het venijn eruit en worden personages en verwikkelingen tot karikaturen zoals je ze in iedere komedie tegenkomt. En onder die omstandigheden is het verhaal niet sterk genoeg om tot het eind te blijven boeien. Dat laatste geldt overigens ook voor hoofdrolspeelster Carla Juri, een te fris en fruitig heidimeisje dat met een skateboard en een afgeknipte spijkerbroek nog wat streetcred krijgt aangemeten. Voor haar geldt eigenlijk wat voor de hele film geldt: quasikinky.
Feuchtgebiete draait vanaf vandaag in de Nederlandse bioscopen
