Peter Moerenhout
Baru - Bloedheet
*****
(Casterman)
Ach, verstrippingen van romans: er zijn er weinig die iets toevoegen aan het originele verhaal en velen die gemaakt worden omdat de auteur een graantje wil meepikken van het succes van het bronmateriaal. “Bloedheet” is gebaseerd op een roman die ik niet ken, dus daar kan ik alvast niet over zagen. Meer nog: er valt amper een zaag te spannen over dit boek.

Baru oogstte, drie jaar geleden alweer, veel succes met Laat die bassen beuken, Bruno en daarvoor nog met tal van andere strips met maatschappijkritische inhoud. Bloedheet is een ander beestje: een rechttoe-rechtaan noir thriller met een even originele als entertainende invalshoek: alles speelt zich af op een boerderij tijdens een hittegolf. Wanneer een gangster op de vlucht zijn enorme geldbuit begraaft op één van de omliggende velden en hij zichzelf probeert te verstoppen op de hooizolder gaan de poppen aan het dansen. De hebzucht die het geld bij de boerderijbewoners opwekt is genoeg om de langzaam borrelende haat tussen de familieleden onderling en de werknemers te doen uitbarsten als waren zij vulkanen in het Quartair. De boer haat ongeveer al zijn personeel, zijn zoontje waarvan hij vermoedt dat hij niet van hem is en zijn vrouw omdat hij er niet op mag, de boerin haat haar man en lelijke, nymfomane dochter, de dochter en de zoon haten ongeveer iedereen. Het geld dat in dit precaire ecosysteem wordt geïntroduceerd zorgt voor een eruptie van verwijten, geweld, zelfmoord, verkrachting en ontploffende Jack Russels. Deze strip is dus niet voor de gevoeligen van maag.

Hoewel deze plot dus niet van auteur Baru zelf afkomstig is (maar uit een roman van Jean Vautrin), slaagt Baru er wel in om alle personages geweldig uit de verf te doen komen en de strip een flow te geven die swingt als een tiet. De felle kleuren, de karikaturale, vuile, zwetende, personages, de rauwheid van de gebeurtenissen: al deze elementen gaan hand in hand om de thrillerliefhebbers onder ons een fantastisch halfuurtje te bezorgen. Baru’s tekeningen zijn van het gekende hoge niveau. Ze zijn niet echt heel gedetailleerd en leunen door de ruwe penseelstreken aan bij een lichte vorm van impressionisme. Die stijl, in combinatie met kleuren die van de pagina’s spatten, zou men niet meteen associëren met een noir thriller, maar dit boek heet Bloedheet en de tekeningen slagen er wonderwel in de hitte waarin dit verhaal zich afspeelt weer te geven. Die hitte staat uiteraard symbool voor de lavastromen van emoties die de personages onderhuids herbergen. De dialogen in dit boek zijn gemaakt platvloers en in één of andere dialectvorm weergegeven. Omdat er niet resoluut voor één bepaald dialect gekozen is en er eerder een mengelmoes van dialecten gebruikt wordt irriteert dat gegeven eerst een beetje. Naar gelang het verhaal je opslorpt raak je de taal echter gewend en tegen het einde van het boek lees je ze als was ze je moedertaal. Bloedheet is een zeer geslaagde thriller die garant staat voor plezier en vertier, liefst te consumeren in de schaduw en met een groot glas ijsgekoelde frisdrank bij de hand om te vermijden dat de eigen stoppen oververhit raken en doorslaan.