De film opent met een wide shot van een lege vlakte, waar van links een
lijkkist naar de kuil in het midden wordt gedragen. De regisseur heeft dus
een zwak voor mooifilmerij, dat is vaak oppassen geblazen. De eerste helft
van de film vertelt over de reis die de oude man maakt om zijn gehoornde
(bezeten!) accordeon terug te brengen naar de maker, de jongeling wil mee
en laat zich niet afpoeieren. Een reis waarbij de melancholie van het
instrument tot zijn recht komt in een paar sympathieke scenes, maar daarna
is de inspiratie al snel op.
Matige films kunnen opgepimpt worden door aan het eind alles in de hens te zetten. Stille hoop daarop blijkt hier loos.
Matige films kunnen opgepimpt worden door aan het eind alles in de hens te zetten. Stille hoop daarop blijkt hier loos.